Een jonge vrouw genaamd Emily bevond zich in een ongemakkelijke situatie. Haar man, Richard, had een nogal vreemde gewoonte ontwikkeld. Hij had een passie voor het verzamelen van tuinkabouters. Het begon met één, maar al snel vulde de achtertuin zich met een leger van kleurrijke, grijnzende tuinkabouters. Emily was het zat om haar huis te delen met deze plastic wezens en besloot dat het tijd was om van Richard af te komen.
Met een mengeling van vastberadenheid en vindingrijkheid begon Emily haar plan te smeden. Ze wist dat Richard een zwak had voor het buitengewone, dus ze besloot een vreemd en wild avontuur te bedenken dat hem voor eens en voor altijd uit haar leven zou verdrijven.
Op een regenachtige avond, terwijl Richard zich verdiepte in het poetsen van zijn favoriete kabouters, kwam Emily thuis met een opgewonden glimlach op haar gezicht. Ze vertelde hem over een legendarisch, verborgen pretpark diep in het bos, waar de attracties 's nachts tot leven kwamen. Richard, altijd in voor een avontuur, was meteen enthousiast.
Emily en Richard stapten in hun auto en reden de donkere bossen in, waar de bomen leken te fluisteren en de mist hen omhulde als een deken. Uiteindelijk bereikten ze een vervallen toegangspoort bedekt met mos, die leidde naar het mysterieuze pretpark.
Het park was inderdaad betoverend. De attracties gloeiden in het donker en de geluiden van vreemde wezens vulden de lucht. Emily deed alsof ze opgewonden was en Richard was helemaal in zijn element. Hij rende van de ene attractie naar de andere, terwijl Emily hem met een veelbetekenende glimlach volgde.
Toen ze bij de spiegeltent kwamen deed Emily alsof ze zich duizelig voelde en smeekte Richard om even te rusten. Terwijl hij afgeleid was door zijn eigen reflectie in de vervormde spiegels glipte Emily weg naar een verborgen grot aan de rand van het park.
In de grot wachtte een oude knorrige tuinkabouter met een twinkel in zijn oog. Hij bood Emily een mysterieuze drank aan, bewerend dat het Richard zou transformeren in een echte tuinkabouter als hij ervan zou drinken.
Met een mix van opwinding en nervositeit bracht Emily de drank terug naar Richard. Hij, nog steeds bedwelmd door het pretpark, slikte het zonder aarzelen door.
Plotseling begon Richard te veranderen. Zijn huid werd groen, zijn lichaam veranderde in plastic en binnen enkele seconden stond hij daar als een echte tuinkabouter, compleet met een grijns op zijn gezicht.
Emily keek toe, met een mengeling van triomf en verbazing. Eindelijk was ze verlost van haar man én zijn tuinkabouters. Met een grijns op haar gezicht liep ze weg van het pretpark, wetende dat haar leven nu vrij was van plastic dwergen en hun eigenzinnige verzamelaar.
Reactie plaatsen
Reacties
Ik heb genoten van je sprookje. De illustratie daarbij is top. Ik heb ook veel verzameld in mijn leven. Veel geld uitgegeven aan boeken over het dier in de kunst en een parfumflesjes verzameling. Gelukkig had ik geen man die me wilde laten verdwijnen.